De uitvinder

 

Nooit in mijn leven heb ik iets uitgevonden. Geen stoommachine of electriciteit, daar was ik te dom voor. Nou ja, misschien heb ik geen mazzel genoeg gehad. Tenslotte zat 80.000 jaar geleden een homo sapiens zomaar met wat stokjes tegen elkaar te wrijven en opeens was er vuur. Nu maken we het met één stokje en een beetje zwavel. Dat had ik toch ook kunnen uitvinden. Neem nou dat kunstig gevouwen ijzerdraadje, sinds mensenheugenis bekend als paperclip. Zit iemand wat te rommelen met een metalen draadje en opeens is t’ie er. Zo onverwachts ging het waarschijnlijk ook met de punaise, het haarspeldje, de balpen, de wc rolhouder en de muizenval. Die laatste is volgens mij door Dorus uitgevonden.

Mijn opa was een echte uitvinder en filosoof. Bij het minste geringste riep hij uit: ‘het allerergste komt nog. Dat is een uitspraak van Arthur Schopenhauer’ voegde hij er dan trots aan toe. Hij had honderden manieren ontdekt om verschillende soorten vlekken te verwijderen: vieze boorden van overhemden, voor het wassen met citroensap insmeren. Dropvlekken verdwijnen met ammonia en waterstofperoxide, evenals mosterdvlekken. Het hele huis was bezaaid met doosjes, blikjes, molentjes, fluitjes (waar ik overigens nooit een toon uitkreeg), pennenbakjes, pijpenhouders en veel voor mij onbekende parafernalia.

Op een zaterdagmorgen, ik was een jaar of tien, zei hij tegen mij: ‘Sjakie, kom zondagmiddag bij me. Ik zal je dan iets tonen, wat nog nooit iemand anders vóór jou heeft gezien en als we het hebben gezien zal het voorgoed verdwijnen en niemand zal het ooit weer zien’.

Die nacht kon ik niet slapen en trillend van de zenuwen belde ik die zondagmiddag aan bij het kleine bejaardenpandje van mijn grootouders. Opa deed open, het hele huis rook naar pijptabak en gestoofd draadjesvlees. Oma zat op een stoel en klemde een grote schaal met aardappels tussen haar knieën. Op de grond stond een pan vol water, waarin ze behendig de geschilde piepers mikte.

Nou, dacht ik ongeduldig, wanneer komt het nu.

Opa wees me een krukje aan bij de grote eettafel. Op het damasten tafelkleed stonden een enorme asbak met vijf pijpen en een fruitschaal met appels, peren en sinaasappels. Ook lag er een vlijmscherp mesje met een houten handvat. Opa pakte een van de oranje vruchten en begon deze, zonder een woord te zeggen, nauwkeurig te schillen. Toen hij klaar was keek hij me doordringend aan, waarbij ik een lichte ondeugende twinkeling in zijn waterige ogen meende te herkennen. Met het mesje sneed hij de sinaasappel in tweeën. Ik wist nog steeds niet wat de bedoeling was. Toen toonde hij mij het hart van de gekliefde vrucht. ‘Nou jongen’, zei hij triomfantelijk, ‘kijk goed, want wat je nu ziet, heeft nog nooit iemand anders gezien’. Toen begon hij de halve vrucht op te eten en gaf de andere helft aan mij. Toen we zwijgend waren uitgegeten zei opa: ‘en niemand anders zal deze vrucht ooit nog zien’. Vol verwarring keek ik mijn opa aan. Eerst dacht ik dat het een grap was, maar bij nader inzien besefte ik dat hij gelijk had. Mijn opa en ik waren de eersten die van deze vrucht het hart hadden gezien en ook de laatsten.

Ik heb later nog veel terug gedacht aan die onthutsende filosofische constatering. Een echte uitvinding was het niet maar toch…..!

 

Jack de Coninck

5-09-07

We zijn trots op ons aanpassingsvermogen en ons streven naar uitmuntendheid in elk aspect van onze service. Ontdek wat wij te bieden hebben en zie hoe wij kunnen bijdragen aan jouw succes.

Onze aanpak is erop gericht om te begrijpen wat u nodig heeft en om praktische oplossingen te bieden. Van persoonlijk advies tot praktische hulp.